WEBINAR State of the platform Herbekijk hier
Slimme trackers worden op een asset gemonteerd en sturen hun locatie rechtstreeks naar het platform. Ze kunnen alle soorten assets lokaliseren, van een kleine doos tot een gigantische container, zowel binnen als buiten.
Slimme trackers op batterij werken zonder stroomkabels. De batterij gaat vijf tot tien jaar mee, afhankelijk van je gebruikssituatie.
Je kunt instellen hoe vaak je locatie-updates naar het platform wilt sturen. De locatienauwkeurigheid (van 1 meter tot 1000 meter) hangt af van de technologie die je kiest. Wij geven je graag advies op maat.
De belangrijkste punten om de juiste tracker voor jouw noden te kiezen, zijn de grootte van de tracker, de geografische dekking en de dekking binnen versus buiten.
Je kunt bedrade trackers aansluiten op een externe voedingsbron (doorgaans de accu van een voertuig), maar er zijn er ook met een reservebatterij. Dat maakt onze bedrade trackers net uniek, omdat ze nooit zullen uitvallen.
De TRACK 1210 wordt in een voertuig geïnstalleerd en stuurt de locatie en temperatuur van dat voertuig naar het platform. Deze tracker:
scant naar alle locatietags in het voertuig
scant naar specifieke toestandssensoren in het voertuig
is uitgerust met een reservebatterij
geschikt voor netwerken in Europa en Verenigde Staten
Locatietags geven locatie-updates.
Ze hebben een slimme gateway nodig die scant naar locatietags in de buurt. De slimme gateway stuurt de ontvangen gegevens van de locatietags naar het platform, omdat een locatietag dat nooit zelf kan doen.
Het belangrijkste verschil tussen de Tag 2001 en de Tag 2002 zijn de afmetingen en de bevestiging op de asset.
Toestandssensoren geven informatie over waarden zoals temperatuur, vochtigheid, oplaaddetectie, laaddetectie, vulniveau en of je assets open of gesloten zijn.
Je kunt toestandssensoren slechts op één slimme gateway aansluiten. Daarin verschillen ze van locatietags, die door meerdere slimme gateways worden gescand. De slimme gateway stuurt de meetgegevens van de toestandssensoren naar het platform, omdat een toestandssensor dat zelf nooit kan doen.
Slimme gateways scannen naar slimme trackers en locatietags in de buurt, naast specifieke toestandssensoren. Vervolgens sturen ze hun gegevens naar het platform.
Je kunt ze op een vaste locatie installeren of ze verplaatsen, als ze bijvoorbeeld in een voertuig zijn geïnstalleerd.
Een geobeacon lokaliseert slimme trackers binnen, maar kan zelf geen gegevens naar het platform sturen.
De geobeacon kent zijn eigen locatie en stuurt die naar een slimme tracker in de buurt. Zo kan de slimme tracker zichzelf lokaliseren als hij binnen is. De slimme tracker stuurt de locatie vervolgens naar het platform.